De dynastie Francken

Van het eind van de zestiende eeuw tot het midden van de zeventiende eeuw is de naam Francken niet weg te branden uit het bruisende artistieke leven in Antwerpen. In die dynastie van vijf generaties trekt één naam extra de aandacht: die van de erudiete Frans ii Francken (1581-1642), die als eerste kunstkabinetten schilderde. Bij hem geen lyrische en barokke ontboezemingen zoals bij Rubens, zijn tijdgenoot, maar een geraffineerde, nog enigszins maniëristische stijl en schitterende kleuren. Een verrukking voor het oog! Frans ii had dan ook een uitgebreide en heel uiteenlopende klantenkring. Met zijn verfijnde werken plaatste hij zich in de traditie van zijn vader, Frans i, en zijn ooms Hieronymus i en Ambrosius i, die hun tijdgenoten verrasten met monumentale Italianiserende altaarstukken. Door de nauwe artistieke banden in de Francken-clan en de intense samenwerking van Frans ii met kunstenaars van buiten zijn familie kon er enorm veel worden geproduceerd. Hun werken overspoelden de markt. ‘Francken’ verwees niet meer naar een bepaalde schilder of een atelier, maar naar een bedrijf.